De nieuwe productiefactor: intelligente capaciteit

In de intelligentie-economie wordt niet kennis, maar beoordelingsvermogen de echte schaarste.

Van AI-hype naar echte vooruitgang
We praten al jaren over kunstmatige intelligentie alsof het de volgende industriële revolutie is. En dat is ze misschien ook. Maar wie goed kijkt, ziet dat niet de technologie zelf de wereld verandert, maar wat ze overvloedig maakt.

De stoommachine maakte fysieke arbeid overvloedig.
Internet maakte informatie overvloedig.
AI maakt kennis overvloedig.

Wat overblijft, is datgene wat schaars wordt: intelligent gebruik van kennis. En precies daar ligt de nieuwe productiefactor van onze tijd — intelligente capaciteit.

De paradox van overvloedige intelligentie
AI kan patronen herkennen, teksten genereren en analyses draaien in seconden. We hebben toegang tot eindeloze hoeveelheden kennis en aanbevelingen. Maar dat brengt een nieuw probleem met zich mee: een overvloed aan schijnbare waarheid.

Bedrijven verzuipen niet in een tekort aan data, maar in een overschot aan “mogelijk juiste antwoorden”.
De echte bottleneck verschuift van kennisproductie naar beoordelingsvermogen.

De vraag is niet langer: “Wat weten we?”
Maar: “Wat doen we met wat we weten?”

Daarmee wordt de menselijke factor niet overbodig, maar juist cruciaal.
Niet de professional die de meeste AI-tools beheerst, maar degene die weet wanneer AI wel of niet te gebruiken is, voegt waarde toe.

Aandacht als economische hulpbron
In de kenniseconomie draaide alles om “learning organizations” en kennismanagement.
In de intelligentie-economie draait het om focusmanagement: weten welke informatie ertoe doet.

Aandacht wordt de nieuwe schaarste.

  • De controller die 300 dashboards ontvangt, maar weet welk rapport er écht toe doet.
  • De auditor die duizenden datapatronen ziet, maar begrijpt welk patroon werkelijk risico bevat.
  • De manager die AI-adviezen leest, maar voelt wanneer iets niet klopt.

Aandacht is niet langer een soft skill — het is een productiefactor.

De intelligente organisatie
Een intelligente organisatie herken je niet aan de hoeveelheid data of AI-tools, maar aan hoe goed ze intelligente capaciteit organiseert.

Ze investeert in drie lagen:

  1. Datacompetentie – weten wat AI wel en niet kan.
  2. Interpretatiekracht – kunnen duiden wat AI-output betekent.
  3. Oordeelskracht – beslissingen nemen die waarde creëren, niet alleen efficiëntie.

In zo’n organisatie werken niet alleen data scientists, maar ook judgment designers: mensen die structuren bouwen waarin technologie én mens samen besluiten nemen.
De controller van morgen is niet alleen cijferaar, maar ook curator van context.
De auditor van morgen controleert niet alleen data, maar de kwaliteit van inzicht.

Van kenniswerk naar besluitwerk
De intelligentie-economie verandert de aard van werk.
Waar de kenniseconomie draaide om kennis produceren, draait de nieuwe economie om beslissen op basis van overvloedige kennis.

AI helpt ons sneller begrijpen, maar niet beter kiezen.
De waarde van menselijke intelligentie verschuift naar dat ene stuk dat niet te automatiseren is: context, empathie en moreel oordeel.

Of, zoals een CFO van een retailorganisatie het onlangs verwoordde:
“Onze grootste uitdaging is niet meer om de data te krijgen, maar om te bepalen welk inzicht we volgen.”

De meetlat verschuift
De meetlat van succes verandert.
Efficiëntie was de heilige graal van de digitale economie;
betekenisvolle beslissingen worden dat in de intelligente economie.

Daar hoort ook een nieuw type governance bij.
Niet alleen controle op processen, maar ook op de kwaliteit van intelligentie die we in die processen toelaten.
Wat betekent het als een AI de kredietscore bepaalt, of de volgorde van sollicitanten selecteert?
Wie auditeert straks de intelligentie zelf?

De menselijke factor wordt weer strategisch
Voor data-analisten betekent dit: minder tijd besteden aan datavolumes, meer aan context.
Voor controllers: niet alles meten, maar de juiste verbanden leggen.
Voor accountants: niet elk patroon volgen, maar weten welk patroon betekenis heeft.

De winnaars van de intelligente economie zijn niet de grootste of de snelste,
maar de meest oordeelkundige.

Call to Curiosity – de uitnodiging van de intelligentie-economie
AI maakt kennis goedkoop.
Wat we moeten leren, is omgaan met iets dat niet schaalbaar is: aandacht, empathie en oordeel.

De intelligente capaciteit van een organisatie is haar vermogen om wijs om te gaan met overvloedige kennis.
Dat is de nieuwe productiefactor van onze tijd.

“AI vervangt geen mensen — het vervangt mensen die niet weten hoe ze moeten nadenken in een wereld vol AI.”

Abonneer
Laat het weten als er
guest
0 Commentaren
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties